Inleiding

Voor u liggen de Jaarstukken 2024, waarin we verantwoording afleggen over het gevoerde beleid en de financiële uitwerking daarvan zoals is afgesproken bij de Programmabegroting 2024.
De focus ligt daarbij op het uitvoeren van het afgesproken beleid in de Raadsagenda en het Collegeprogramma 2022-2026. We zijn zeer terughoudend geweest met nieuwe zaken, zoals ook de opdracht was bij de begroting. We nemen geen voorschot op de toekomst, mede vanwege grote onzekerheden rondom de hoogte van de rijksbijdrage in de toekomst. Op die manier is het ons gelukt om de lasten voor de inwoners niet te laten stijgen of te beperken tot het inflatiepercentage. Ons beleid blijft gericht op het voorkomen van een algemene lastenstijging.

We zijn er in geslaagd om de buffers verder te versterken door verhoging van de algemene reserve. Zoals vooraf afgesproken is 75% van het verwachte resultaat bij de primaire begroting gestort in de algemene reserve. Ook van het gerealiseerde resultaat wordt voorgesteld nog eens minimaal 75% in de algemene reserve te storten. Uit ons voorstel tot resultaatbestemming blijkt dat dit lukt. Daarmee versterken wij ons weerstandsvermogen nog verder.

Het werkelijk gerealiseerde resultaat 2024 bedraagt afgerond € 1.053.000,-. Het verwachte resultaat bij de tussentijdse rapportage najaar 2024 bedroeg afgerond € 1.315.000,-. Dit is inclusief de terugstorting van Helpt Elkander na het ontbinden van de vaststellingsovereenkomst van € 850.000,-, die bij de rapportage al gemeld was. Zonder deze bijdrage was het resultaat € 203.000,-. 

Het resultaat is dus bijna € 262.000,- lager dan verwacht. Dit verschil wordt hoofdzakelijk verklaard door stortingen in voorzieningen die pas bij jaareinde konden worden bepaald, en dus niet bekend waren bij de tussentijdse rapportages. De overige voor- en nadelen heffen elkaar ongeveer op. Een nadere analyse op hoofdlijnen van het resultaat:

 

Grootste verschillen tussen begroot en gerealiseerd resultaat
Storting voorziening wethouderspensioenen (rente) I -390.000
Vorming voorziening wachtgelden bestuurders I -389.000
Opvang Oekraïense ontheemden I 166.000
Grondexploitatie I 177.000
Storting voorziening milieuschade I -183.000
Exploitatie / tijdelijke huisvesting Klooster I -162.000
Herrekening rente (kapitaallasten over de investeringen) I 290.000
Algemene uitkering gemeentefonds I 272.000
Overige verschillen < € 100.000 I -43.000
Begroot resultaat I 1.315.000
Totaal gerealiseerd resultaat 2024 1.053.000

Rechtmatigheidsverantwoording

Dit is de tweede jaarrekening waarbij niet de accountant maar het college een oordeel geeft over de rechtmatigheid van de jaarrekening. In tegenstelling tot vorig jaar zijn wij voor deze jaarrekening van mening dat de verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties onrechtmatig tot stand zijn gekomen binnen de daarvoor gestelde grens.

Deze onrechtmatigheid wordt veroorzaakt door:
1. Begrotingscriterium
Conform het Controleprotocol, dat door uw raad op 19 december 2024 is vastgesteld, betreft het begrotingscriterium de grenzen van de baten en lasten in de door de raad geautoriseerde begroting van exploitatie en investeringskredieten en de hiermee samenhangende programma’s, waarbinnen de financiële beheershandelingen tot stand moeten zijn gekomen. In totaal bedraagt de overschrijding van het begrotingscriterium € 895.000. Op grond van de Financiële verordening Nuenen 2023 c.a. is hiervan € 757.000 acceptabel.
Via de door uw raad vastgestelde werkwijze begrotingsrechtmatigheid voor de jaarrekening 2023 hieven acceptabele overschrijdingen de onrechtmatigheid op. Door een aanpassing van de Kadernota rechtmatigheid in oktober 2024 kan deze werkwijze niet meer toegepast worden voor de jaarrekening 2024. Acceptabele overschrijdingen heffen de onrechtmatige begrotingsoverschrijdingen niet meer op.

2. Voorwaardencriterium
Het voorwaardencriterium betreft met name uitgaven die onterecht niet Europees aanbesteed zijn. Voor de jaarrekening gaat het om 6 aanbestedingen met een totaalbedrag van € 555.000. In de paragraaf Bedrijfsvoering worden beide criteria uitgebreider toegelicht.
In het Controleprotocol is een tolerantiegrens van € 811.000 afgesproken. Als het totaal van beide criteria dit bedrag overschrijdt is de jaarrekening onrechtmatig tot stand gekomen.

De accountant betrekt, in zijn oordeel over de getrouwheid van de jaarrekening, het oordeel van het college over de rechtmatigheid. In het bijgevoegde accountantsverslag schrijft de accountant daarover: Wij hebben vastgesteld dat de rechtmatigheidsverantwoording zoals opgenomen in de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de financiële rechtmatigheid en is opgesteld in overeenstemming met de Kadernota rechtmatigheid en de met de raad gemaakte afspraken.

In de paragraaf Bedrijfsvoering en het onderdeel Begrotingsrechtmatigheid hebben we toegelicht waardoor deze onrechtmatigheden zijn ontstaan. Daarnaast staan in de paragraaf Bedrijfsvoering de maatregelen die genomen zijn/worden om deze onrechtmatigheden voor de toekomst zoveel mogelijk te voorkomen.

Bij de 2e tussentijdse rapportage 2024 was de verwachting dat het college een goedkeurende rechtmatigheidsverantwoording kon afgeven bij de jaarrekening 2024. Op dat moment bleven de geconstateerde aanbestedingsfouten nog onder de met de raad afgesproken tolerantiegrens.
Nadien bleken er aanbestedingen noodzakelijk voor toezicht ontheemden. Deze hadden Europees aanbesteed moeten worden. Vanwege de noodzakelijke specifieke kennis hebben we besloten dit 1op1 te gunnen. 
Daarnaast zijn er eind 2024 niet begrote kosten gemaakt die niet bekend waren bij het opstellen bij de tussentijdse rapportage najaar 2024. Hierdoor is een begrotingsonrechtmatigheid ontstaan. Het totaal van de begrotingsonrechtmatigheid en het totaal van de aanbestedingsfouten overschrijdt nu wel de tolerantiegrens voor de rechtmatigheid. Ondanks dat het merendeel van de overschrijdingen op grond van de Financiële verordening acceptabel is, omdat we ze niet in de tussentijdse rapportage hadden kunnen melden, hebben we moeten constateren dat deze jaarrekening niet rechtmatig tot stand gekomen is. Op grond van de Kadernota Rechtmatigheid 2024, die in oktober 2024 is verschenen, heffen de acceptabele overschrijdingen de begrotingsonrechtmatigheid niet meer op. Dit dus in tegenstelling tot vorig jaar.