Toelichting op de financiële positie

Inleiding

In deze paragraaf wordt kort toegelicht welke uitgangspunten zijn gebruikt voor de berekeningen in deze meerjarenbegroting. Ook worden afwijkingen ten opzichte van voorgaande jaren toegelicht.

 

Indexcijfers

De indexcijfers zijn conform financiële verordening gebaseerd op de Macro Economische Verkenning (MEV). Deze gebruiken we normaliter voor alle jaarschijven van de begroting 2024. Omdat de inflatie momenteel hoog is is het niet reëel om deze ook meerjarig door te trekken (in 4 jaar zouden we de begroting dan met circa 25% verhogen). We wijken daarom eenmalig af van die lijn en gaan uit van de indexen uit de septembercirculaire 2022, gebaseerd op het Centraal Economisch Plan. Voor de begroting 2024-2027 betekent dit dat de volgende indexcijfers zijn gebruikt:

2024 2025 2026 2027
Loonkostenindex 4,5% 4,1% 3,9% 3,9%
Materiële kostenindex 5,9% 2,4% 1,9% 1,9%

Voor de gewogen kostenontwikkeling komen we dan op:

Tariefopbrengsten / inkomsten 2024 2025 2026 2027
Gewogen kostenontwikkeling 5,2% 3,25% 2,9% 2,9%

Rente

De rente wordt overeenkomstig de BBV-richtlijnen jaarlijks opnieuw berekend. Basis is de jaarrekening 2022. De geldende rentepercentages voor deze meerjarenbegroting 2024-2027 zijn opgenomen in de paragraaf Financiering.

Conform de nota reserves en voorzieningen 2019 rekenen we geen bespaarde rente toe aan de reserves. Dit is in lijn met de aanbevelingen van de commissie BBV. We rekenen alleen met werkelijke betaalde rente en geen fictieve rente. Het totaal van de rentelasten en rentebaten en het gebruikte rentepercentage is opgenomen in de paragraaf Financiering.

 

Algemene uitkering

Voor de algemene uitkering volgen we de circulaires gemeentefonds. Volgens de landelijke richtlijnen moet de begroting 2024 gebaseerd zijn op de meicirculaire 2023 of de septembercirculaire 2023. Onze voorkeur is altijd om de septembercirculaire te verwerken, om te voorkomen dat kort na het vaststellen van de begroting al een begrotingswijziging moet worden gemaakt. Door het tijdstip van verschijnen van de septembercirculaire kunnen we deze niet in de begroting verwerken omdat deze dan al gereed is en het besluitvormingsproces is gestart. Het streven is om kort na het aanbieden van de begroting 2024 (begin oktober 2023) aan de raad de informatie van de septembercirculaire 2023 na te sturen, met een voorstel tot verwerking ervan in deze begroting.

Stelposten en taakstellingen

Wij hebben geen taakstellingen begroot, wel stelposten.

In een aantal gevallen begroten we stelposten, die nog niet bij een bepaald taakveld konden worden ondergebracht en daarom (voorlopig) op taakveld 0.8 Overige baten en lasten zijn geplaatst. Het gaat hierbij veelal om bedragen waarvoor wij geld in de algemene uitkering hebben ontvangen. Ook voor inflatie, voor zover nog niet in de taakvelden zelf is doorgerekend, beschikken we over een stelpost.

Overzicht stelposten (onderdeel van taakveld 0.8 Overige baten en lasten) 2024 2025 2026 2027
Stelpost loon- en prijsstijging 953.692 2.249.921 2.780.135 3.570.950
Stelpost kapitaallasten te activeren uren 22.249 22.249 22.249 22.249
Totaal 975.941 2.272.170 2.802.384 3.593.199