Financiering

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Financiering betreft de wijze waarop de gemeente Nuenen de benodigde geldmiddelen aantrekt en (tijdelijke) overtollige geldmiddelen belegt. De uitvoering van deze paragraaf vindt plaats binnen de wettelijke kaders van het BBV en de wet Fido. Naast deze wetgeving is een treasurystatuut vastgesteld. In dit statuut zijn nadere regels opgenomen om daarmee de financieringsfunctie te sturen, te beheersen en te controleren. De paragraaf geeft inzicht in de rentelasten en -baten, het renteresultaat, de financieringsbehoefte en de wijze waarop rente wordt toegerekend aan investeringen, grondexploitaties en projecten. De bedragen in onderstaande tabellen moeten vermenigvuldigd worden met € 1.000,-.

Interne en externe ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Interne en externe ontwikkelingen

Extern
De ECB blijft in de komende twaalf maanden een ruim monetair beleid voeren. De lange rentetarieven zijn wel fors gestegen afgelopen jaar. 


Intern
Voor de begroting zijn de volgende interne rentepercentages gebruikt, de berekening volgens BBV:

Renteschema %
Rente over voorziening verliesgevende complexen bouwgrond 2,00%
Rente grondexploitatie 0,70%
Rente activa 0,60%

In onderstaand schema is het renteresultaat berekend volgens BBV:

Stap Renteschema 2024 2025 2026 2027 2028
De externe rentelasten over de korte en lange financiering 799 1.978 1.886 1.674 1.490
De externe rentebaten -16 -16 -16 -16 -16
1 Saldo rentelasten en rentebaten 783 1.963 1.870 1.658 1.475
De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend -431 -792 -519 -459 -461
De rentebaat van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is aangetrokken die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend -8 -3 -3 -3 -2
De rentelast van doorverstrekte leningen indien daar een specifieke lening voor is aangetrokken die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend 8 3 3 3 2
2 Aan taakvelden toe te rekenen externe rente -431 -792 -519 -459 -461
3 Rente over eigen vermogen 0 0 0 0 0
3 Rente over voorzieningen (gewaardeerd op contante waarde) 52 53 54 56 57
4 Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente (1+2+3) 405 1.224 1.406 1.255 1.070
5 De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) -395 -493 -557 -624 -641
Renteresultaat op het taakveld treasury (4+5) 10 731 848 631 429

Het genoemde renteresultaat komt terug op het taakveld treasury, maar is niet het enige resultaat op dat taakveld. Ook bijvoorbeeld ontvangen dividend wordt geraamd op het taakveld, maar maakt geen onderdeel uit van het renteschema.

Financieringsbehoefte

Terug naar navigatie - Financieringsbehoefte

Op basis van de begroting 2024 wordt een meerjarige financieringsbehoefte opgesteld.

Boekwaarde 1-1 2024 2025 2026 2027
Activa 68.359 84.391 95.315 106.674
Grondexploitaties 59.137 53.024 28.531 25.417
Geldleningen OG* -71.078 -35.323 -29.997 -24.671
Reserves en voorzieningen -60.989 -61.201 -60.905 -60.318
-4.571 40.891 32.943 47.103

* Dit is de huidige leningenportefeuille.

Uit bovenstaand schema blijkt dat er in 2024 sprake is van een financieringsoverschot en in 2025, 2026 en 2027 sprake is van een financieringsbehoefte.

 

Beleidsvoornemen financiering
Het beleid is erop gericht om de financieringsbehoefte af te dekken met kortlopende financiering, omdat de rente op de kortlopende middelen lager is dan de rente op langlopende middelen. Hierbij wordt rekening gehouden met de kasgeldlimiet. Deze bepaalt dat de gemiddelde vlottende schuld, over 3 maanden gezien, niet boven de 8,5% van het begrotingstotaal mag uitkomen. Gezien het feit dat de rente op dit moment stijgt, kan de overweging gemaakt worden om een groter deel van de financieringsbehoefte te financieren met langlopende leningen.

Renterisicobeheer

Terug naar navigatie - Renterisicobeheer

De overheid heeft twee instrumenten voor het toetsen van het renterisico: de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.

 

Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet vormt de bovengrens waarmee een tijdelijk liquiditeitstekort gefinancierd kan en mag worden met een kortlopende geldlening (korter dan 1 jaar). Als het liquiditeitstekort een structureel karakter draagt moet een langlopende geldlening worden aangetrokken. Indien voor het derde achtereenvolgende kwartaal de kasgeldlimiet wordt overschreden moet de toezichthouder hiervan op de hoogte worden gesteld. Ook moet de kwartaalrapportage en een plan om binnen de kasgeldlimiet te blijven ter goedkeuring worden voorgelegd aan de toezichthouder. De kasgeldlimiet is vastgesteld op 8,5% van het begrotingstotaal.

Stap Omschrijving 2024
Bepalen toegestane kasgeldlimiet
Omvang begrotingstotaal 68.908
Percentage regeling 8,50%
1 Toegestane kasgeldlimiet 5.857
Vlottende korte schuld
opgenomen gelden < 1 jaar 5.000
Schuld in rekening courant 0
Gestorte gelden door derden < 1 jaar 6
Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld 0
2 Totaal vlottende korte schuld 5.006
Vlottende middelen
Contante gelden in kas 23
Tegoeden in rekening courant 10.228
Overige uitstaande gelden < 1 jaar 0
3 Totaal vlottende middelen 10.251
4 Totaal netto vlottende schuld (2-3) -5.245
Ruimte(+)/Overschrijdingen(-) (1-4) 11.102

Voor 2024 wordt met kasgeldleningen gewerkt tot de bovengrens van de kasgeldlimiet.

Renterisiconorm
De renterisiconorm stelt een grens aan het te lopen renterisico op de vaste schuld. De risiconorm houdt in dat de jaarlijkse verplichte aflossingen en renteherzieningen niet hoger mogen zijn dan 20% van het begrotingstotaal (zie tabel hieronder).

Stap Omschrijving 2024 2025 2026 2027
1 Renteherzieningen 0 0 0 0
2 Aflossingen 35.755 5.326 5.326 5.327
3 (1+2) Renterisico 35.755 5.326 5.326 5.327
4 Begrotingstotaal 68.908 93.257 68.112 68.840
5 Percentage regeling 20% 20% 20% 20%
6 (4 x 5) Renterisiconorm 13.782 18.651 13.622 13.768
7 Ruimte(+)/Overschrijdingen(-) -21.974 13.326 8.296 8.441

Voor 2025, 2026 en 2027 is er ruimte om langlopende leningen af te sluiten, voor het jaar 2024 is er een geprognosticeerde overschrijding volgens de renterisiconorm. Overschrijding ontstaat doordat er in dit jaar een aflossing wordt gedaan op één lening waarbij pas op het einde van de looptijd het volledige bedrag wordt afgelost, namelijk € 30 miljoen.

Leningenportefeuille

Terug naar navigatie - Leningenportefeuille

Een belangrijk onderdeel van het financieringsbeleid vormt de omvang, flexibiliteit, gemiddelde looptijd en rentegevoeligheid van de leningenportefeuille. De leningenportefeuille van de gemeente ziet er als volgt uit:

Opgenomen langlopende leningen
Leningverstrekker Looptijd rente oorspronkelijk 1-1-2024 31-12-2024
Van t/m
NWB 2015 2027 1,21% 220 77 58
Prov NB 2017 2027 0,00% 2.321 2.093 2.093
BNG 2019 2024 -0,32% 30.000 30.000 0
BNG 2022 2027 1,28% 18.000 14.400 10.800
BNG 2022 2037 1,86% 25.000 23.333 21.667
Totaal 75.541 69.903 34.618
Opgenomen langlopende leningen tbv woningbouw
Omschrijving Looptijd rente oorspronkelijk 1-1-2024 31-12-2024
Van t/m
BNG 1991 2041 0,43% 1.180 745 705
BNG 2004 2024 4,59% 5.800 430 0
Totaal 6.980 1.175 705